FOD Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Ik werk op de dienst die het Belgisch buitenlands beleid mee helpt vorm te geven op het vlak van veiligheids-en defensiebeleid. Zeer boeiend en actueel, zeker nu de interne (EU) veiligheid steeds meer gelinkt is met externe conflicten en instabiliteit.
Mijn collega’s houden zich met het OVSE (Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa) en NAVO -beleid bezig, ikzelf bekijk vooral hoe de EU op het vlak van ‘civiel crisisbeheer’ d.i. het stabiliseren en/of niet verder laten escaleren van een conflict met niet-militaire activiteiten, kan bijdragen aan het (her)opbouwen van democratische georganiseerde veiligheidsdiensten en de rechtstaat in landen in een post-crisis situatie.
Ik werkte eerst 4 jaar bij de Dienst Vreemdelingenzaken en ben daarna via een Selor-test overgestapt naar Buitenlandse Zaken.
De standaard testen bij Selor. Nadat ik hiervoor geslaagd was, heb ik gewacht tot er een vacature bij Buitenlandse Zaken vrijkwam. Na een interview kon ik beginnen bij de DG Ontwikkelingssamenwerking.
Ik koos reeds tijdens mijn studies voor internationale relaties en dus ligt Buitenlandse Zaken in het verlengde van mijn interesses. Oorspronkelijk ging mijn voorkeur naar Ontwikkelingssamenwerking, maar na enkele jaren kreeg ik de kans om via interne mobiliteit op een andere directie te gaan werken. Die interne mobiliteit en de diversiteit aan taken en functies bij Buitenlandse Zaken maken de huidige werkgever zeker interessant.
Telewerk wordt aangemoedigd en recent werd ook het prikkloksysteem afgeschaft. Dit maakt het mogelijk om je werk beter te organiseren en af te stemmen op je gezinsleven.
Het Belgisch standpunt mee vorm geven op het vlak van het Europese Gemeenschappelijk Veiligheids-en Defensiebeleid (GVDB). Enerzijds moeten er instructies gegeven worden aan onze Permanente Vertegenwoordiging bij het Politiek- en Veiligheidscomité, maar anderzijds coördineer ik ook de Belgische bijdrage via de selectie en detachering van Belgische experten voor de civiele GVDB-missies. Dit gebeurt in nauw overleg met andere FOD’s en departementen die de noodzakelijke expertise voor dergelijke missies hebben (Justitie, Federale Politie, Financiën, Defensie). Deze missies moeten ook verder opgevolgd worden en dat betekent veel verslagen lezen en de lessons learned proberen om te zetten in een bijsturing van de missiemandaten en meer algemeen het EU-beleid.
Het nauwe overleg met andere departementen geeft mij de mogelijkheid om meer inzicht te krijgen in hun werking. In mijn huidige functie heb ik bijvoorbeeld de werking van Defensie en de Federale Politie beter leren kennen (en appreciëren).
Er zijn ook veel kansen om vormingen of vergaderingen op verplaatsing te volgen waardoor er ook veel variatie is in de dagtaak.
Regelmatig komen Belgische experten die door ons gedetacheerd zijn, debriefen over hun ervaringen in de missies. Deze rechtstreekse getuigenissen van het terrein zijn een aangename aanvulling op de vele rapporten.
Voor de departementen waarmee we samenwerken, is de binnenlandse veiligheid prioritair. Onze vraag om ook actief deel te nemen aan buitenlandse missies, komt hiermee in concurrentie en het blijft een uitdaging om de actieve medewerking te vragen.
We zijn ook vaak afhankelijk van documenten die op EU-niveau moeten voorbereid worden. Deze worden meestal slechts kort voor de vergadering verspreid, waardoor een grondige discussie en coördinatie moeilijk is.
Elke werkdag moet de strijd aangegaan worden met een snel vollopende inbox. Veiligheid is helaas een heel actueel maar ook divers thema, en dus wordt onze dienst vaak als bestemmeling opgenomen voor e-mails. Dus moeten eerst de meest relevante en dringende berichten geselecteerd en liefst ook behandeld worden. Daarnaast zijn er gelukkig ook taken die meer gepland kunnen worden zoals een nota of verslag schrijven of een vergadering voorbereiden.